Interview met Frans Melk

door Vincent van de Vrede

In kwart eeuw nog geen vijfentwintig dagen dicht geweest

Frans Melk zit al ruim vijfentwintig jaar in het vak. Sinds hij met een paar studievrienden op een terrasje zat en het plan opvatte een winkeltje te beginnen, waarbij de keuze om praktische redenen op boeken viel, is er veel veranderd. De opkomst van het internet heeft een enorme invloed gehad op zijn antiquariaat en maakte hem ook kritisch. Daarnaast maakte Frans in zijn lange loopbaan een aantal ingrijpende gebeurtenissen mee. Verbitterd hebben deze hem niet gemaakt, want hij kijkt vooral met tevredenheid terug op zijn werk tot nu toe. Een portret.

Hoe ben je antiquaar geworden?

In Wageningen ben ik met drie andere mensen begonnen als een soort grap. We zaten op een caféterras en raakten met iemand aan de praat, van wie we een kleine winkelruimte konden huren voor weinig geld, ik meen driehonderd gulden, midden in het centrum van Wageningen. Nou, en iedereen had wel een beetje tijd, dus we besloten het te doen. Maar ja, wat ga je dan verkopen in zo’n winkeltje? Toen kwamen we op het idee om voor boeken te kiezen. We begonnen met wat we zelf hadden en gingen af en toe eens naar rommelmarkten toe. In die tijd had je ook Van Gennep nog, een ramsjgroothandel. Zo waren er wel meer adressen waar we konden inkopen. Maar onze winkel was niet echt heel serieus, het zat ook naast een slijterij, dus het was eigenlijk meer een soort cafeetje, een soort sociëteit waar we ook boeken verkochten.

Klinkt als een romantisch plan van studenten

Dat was ook zo, daarnaast alle vier hadden we tijd zat. Maar we moesten er al vrij snel uit, dat pandje. We keken toen wie er mee door wilden gaan, en dat waren alleen ik en Anne-Marike Bouw, die op dit moment nog steeds De Beschte heeft in Wageningen. Wij tweeën gingen dus samen door, de anderen werden uitgekocht. Ik meen voor duizend gulden de man, dus dat zegt ook wel iets over hoe professioneel het was! Wij richtten toen, als soort grapje naar De Slegte toe, De Beschte op. We huurden een speculatiepand en zo zijn we toen echt serieus begonnen, met een officiële opening door Jules Deelder. Maar de samenwerking verliep niet altijd even soepel, veel verschil van mening. Uiteindelijk ben ik na vrij korte tijd dus alweer weggegaan. Ik denk na zo’n vijftien maanden. We hebben nu trouwens al jaren weer een uitstekend contact. Ik denk dat onze karakters gewoon een beetje botsten.

Samenwerking in dit vak is gewoon heel moeilijk, iedereen heeft heel andere ideeën over hoe je het moet doen. Ik heb daarom ook veel bewondering voor mensen als René en Hans van Hinderickx & Winderickx. Toen ben ik dus voor mezelf begonnen, in Hilversum.

Waarom koos je voor die stad?

Dat had eigenlijk meerdere redenen. Ik had er een heel goede vriend wonen en er was ook een draversrenbaan, en daar kwam ik toen ook omdat ik paardensportjournalist was. Dus al die koersdagen, ruim tachtig per jaar, kwam ik er toch al. Ik werkte voor het Utrechts Nieuwsblad en het blad Paardensport in ren en draf. Een andere reden, die veel meer met het boekenvak te maken had, was dat er niet veel zat wat betreft antiquariaten en tweedehands boekenzaken. Ik dacht ook dat het Gooi wel een heel goede plek zou zijn om boeken in te kopen. Dat bleek ook wel. Deels wonen er redelijk welgestelde mensen die soms aardige boeken hebben. Niet zozeer de nieuwe rijken, meer het oude geld.

Wanneer was dit ongeveer?

Ik denk augustus 1983. Op 1 augustus stapte ik uit de samenwerking, en twee weken later had ik al een pand wat ik kon huren in Hilversum van honderdvijftig vierkante meter. Maar ik had geen boeken, want die had ik niet meegenomen. Had natuurlijk wel geld gekregen van Anne-Marike. Dus toen ben ik gaan adverteren in de plaatselijke krant, en daaruit kon ik enkele tientallen dozen inkopen, maar echt vol werd de winkel daar nog niet mee. Daarom had ik boeken maar plat neergelegd overal, zodat het nog iets leek qua volume. Ik spreek nu nog wel eens mensen die het heel vreemd vonden dat ik een winkel opende zonder boeken. Maar al vrij snel kreeg ik een hoop aanbod en groeide het al aardig vol met de voorraad.

Hoe snel ging dat?

Tja, wat zal ik zeggen…na een paar jaar was het al te vol in elk geval, want toen is er op mijn verzoek nog een stuk aan de winkel gebouwd door de eigenaar. Maar ja, in die tijd was ik ook heel algemeen georiënteerd, ik verkocht bijvoorbeeld niet alleen literatuur maar ook science fiction, thrillers, stripboeken en grammofoonplaten.

Hoe kon je financieel rondkomen in het begin: je had immers meteen al grote kosten en weinig inkomsten nog.

Nou ja, ik deed nog wel die paardenjournalistiek, maar dat was echt parttime, maar ik kon het al snel redden van de winst van de winkel, doordat ik een hoge omloopsnelheid had. Ik kan me bijvoorbeeld herinneren dat ik een mooie ansichtkaartenverzameling inkocht voor honderd gulden, en dat een dag later doorverkocht aan een handelaar voor tweehonderd gulden, terwijl het misschien wel een veelvoud waard was. Maar ik wist ook niets van ansichtkaarten: had het veel te goedkoop ingekocht en verkocht. Aan de andere kant is het misschien ook mijn redding geweest, die hoge omloopsnelheid. Ik kon me in het begin niet permitteren om te lang op boeken te blijven zitten. Het was ook altijd druk in de winkel, ook veel handelaren die kwamen kopen, soms wel voor honderden guldens tegelijk.

Hoe kwam dat?

Er was heel veel aanbod en ik prijsde het ook altijd laag. Ik hoefde niet het maximale te hebben. Deels was het natuurlijk ook ondeskundigheid, ik wist niet altijd wat iets waard was. Dat is nu heel anders natuurlijk, met het internet.

Kun je enkele belangrijke gebeurtenissen onderscheiden in je loopbaan als antiquaar?

Na een paar jaar had ik een zeer goedlopende winkel met een fulltime medewerker. Op een gegeven moment besloot ik dus een tweede winkel te openen. Dat is het moment geweest dat ik met André Swertz in aanraking kwam, die een groot herenhuis in Utrecht bezat waarin zich twee winkelruimtes bevonden. Aanvankelijk huurde ik de kleine, maar toen ik meer ruimte nodig had hebben we geruild en betrok ik de grote. We zaten op een mooie locatie, vlakbij het veilinghuis Beijers. Ik stond meestal in de winkel in Utrecht, mijn fulltime medewerker Peter stond in Hilversum.

Was het een succes?

Er was veel aanloop, maar het kostte natuurlijk ook veel tijd. Je kunt je dus afvragen of die extra omzet dus ook wel zoveel extra winst bracht. Het einde van het rekensommetje was op een gegeven moment eigenlijk dat er net zoveel overbleef als met één winkel, gezien alle extra tijd en moeite. Ik liep echt te rennen om op tijd in Utrecht te zijn. Goede boeken verkoop je ook wel in één filiaal. Maar ik heb er een prettige tijd gehad met André, die heel gedreven en deskundig is. Ik heb dan ook veel van hem geleerd en ook goede contacten overgehouden aan mijn tijd in Utrecht.

Een andere belangrijke gebeurtenis in mijn loopbaan in het boekenvak is dat ik een keer slachtoffer ben geweest van een steekpartij, op 5 december 1988. Het gebeurde in Hilversum, maar door de nasleep ervan heb ik toen besloten om het filiaal in Utrecht op te heffen.

Wat een vreselijke gebeurtenis. Zou je willen vertellen hoe het gebeurde?

Ik ben zwaargewond geraakt toen ik door een schizofrene jongen werd neergestoken die mijn winkel binnenstapte. Ik stond alleen, het was op maandagochtend. Hij stond voor me en haalde een mes onder zijn jas vandaan, zei Sorry en begon te steken.

Ik was eigenlijk zo beduusd en perplex, dat ik helemaal niets deed. Dus hij bleef op mij insteken. Ik voelde het kraken op mijn hoofd, waar hij in mijn schedel stak. Op een gegeven moment lag ik op de grond en begon ik van mij af te trappen. Hij stak toen ook een paar keer in mijn hand, en omdat hij zichzelf per ongeluk verwondde stopte hij ermee en liep hij weg. Hij bleef nog even staan kijken. Uiteindelijk wist ik op straat hulp te krijgen en ben ik naar het ziekenhuis gebracht, waar ik twee keer werd geopereerd. De schade die ik er nu nog van heb is dat mijn linkerhand niet goed werkt, mijn vingers buigen niet meer. De pezen zijn eruit gehaald. De operaties die ik later nog kreeg, hebben weinig geholpen. Eigenlijk mag ik nog van geluk spreken dat ik het overleefd heb, want ik denk dat hij me wel vijftien keer gestoken heeft en ik bloedde ook verschrikkelijk. Ik werd vooral in mijn hals, hoofd en benen gestoken.

Echt verschrikkelijk zoiets. Had je niet ontzettende pijn?

Nee, ik voelde helemaal niets. Het deed totaal geen pijn, pas veel later toen ik het ziekenhuis lag, deed het echt vreselijk pijn. Tijdens die steekpartij was ik waarschijnlijk zo overrompeld, dat ik verdoofd raakte. Had ik toen maar wat gevoeld, want dan had ik waarschijnlijk ook wat voortvarender kunnen reageren. Ik ben ook niet zo’n vechterstype.

Hoe is het met de dader verder gegaan?

ij was een jaar of tweeëntwintig en in de war. Later is hij ook ontslagen van rechtsvervolging en opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis.

Heb je er niet een soort angst aan overgehouden?

Nee, dat heb ik niet meer. Ik heb er ook geen moeite mee om alleen in de winkel te zijn, ik weet nu ook beter wat ik nu zou doen. Ik heb ook niet overwogen om te stoppen.

Je vaste medewerker Peter zal zich ook wel rot geschrokken zijn door die steekpartij.

Ja, die was zeer ernstig geschrokken. Hij was die dag vrij om Sinterklaas te vieren met zijn kinderen. De winkel zelf was ook niet zo´n aangenaam gezicht, want overal lag bloed. Het was geloof ik ook dezelfde dag dat W.F. Hermans werd neergestoken in Parijs door een psychiatrisch patiënt.

Wat is een ander belangrijk moment in je carrière?

Peter had twaalf jaar bij me gewerkt, en de chemie was een beetje op, al bleven we goede vrienden. Maar in 1994 besloot Peter om voor zichzelf te beginnen met een winkel in Gouda. Als een soort gouden handdruk had hij heel veel boeken van mijn winkel meegenomen, om daarmee in Gouda te kunnen starten. Hij heeft daar drie maanden een winkel draaiende gehad. Op een avond toen hij naar huis reed is hij dodelijk verongelukt. Binnen een uur was hij overleden. Het was een eenzijdig ongeluk, door zijn eigen schuld veroorzaakt. Hij stierf op zesendertigjarige leeftijd en liet twee kleine kinderen achter. Dat is eigenlijk wel het meest schokkende in mijn carrière geweest, zeker ook door die kleine kinderen die nu geen vader meer hadden. Deze gebeurtenis overschaduwde dus zeker mijn eigen ongeval, dit was natuurlijk veel erger. Dat heeft me vooral erg aangegrepen. Drie maanden had hij dat antiquariaatje gehad daar en dat liep vrij aardig. Ik vond het dan ook vreselijk ellendig om een paar weken daar bezig te zijn met het weer weg te halen van al die boeken uit de winkel. Peter had er juist zo hard aan gewerkt om alles netjes te hebben, en om dat dan te onttakelen, dat is vreselijk om daar zo rond te lopen in je eentje. Om daar in de winkel te komen waar de asbak nog staat en andere persoonlijke spulletjes. Alsof iemand zo terug kan komen.

Ik heb gelukkig wel altijd een intensief contact onderhouden met het gezin dat hij achterliet en zijn kinderen zie ik een beetje als mijn pleegkinderen. Ik zie het echt als familie. We zien elkaar regelmatig. Mijn vader wordt bijvoorbeeld negentig binnenkort en dan zijn zij er ook bij. Met Kerst en andere gelegenheden zijn we samen.

Toen Peter overleed heb ik dat echt moeten verwerken. De eerste week was ik er zo door geraakt, dat ik de winkel dichthield. Dat is in al die jaren dat ik een antiquariaat heb nog niet voorgekomen. Altijd open geweest, ja. Ik denk niet dat ik meer dan vijfentwintig dagen in totaal ben dicht geweest. Eigenlijk altijd maar werken.

Misschien ook wel een teken dat je het met veel plezier doet.

Ik vind het redelijk leuk. De laatste tijd wordt het wel wat minder, wat vooral door internet komt. Je wordt met al die bestellingen toch een beetje een magazijnmedewerker. Een soort Overtoom.

Wat zijn jouw ervaringen met internet?

Een belangrijke verandering kwam met de opkomst van de computer, dat je boeken ging invoeren. Begin jaren negentig ben ik daarmee begonnen. Toen kocht ik Bookcase van Pascal Franco, een beroemd programma. André Swertz was een van de eersten die daarmee werkten, ik begon een jaar later, in 1991. Bij Antiqbook was ik ook een van de eersten.

Vroeger kreeg je een boek binnen, je schreef er een prijsje in en zette het in de kast, en dan maar wachten op klanten. Die kochten wat en vertrokken weer. Maar nu zijn we soms grote delen van de dag alleen maar bezig met het invoeren van boeken in de computer. Als je dat niet doet, dan verkoop je niets meer. Bij mij komt tweederde van de omzet voort uit de verkoop via internet. En wat dan nog wel wordt verkocht in de winkel, zijn heel vaak boeken die mensen op internet hebben gezien.

Hoe is het dan met het winkelbezoek? Komen er nog wel veel dagjesmensen?

Nee, nee. Totaal niet. Vroeger zocht men een bepaald boek. Neem bijvoorbeeld bepaalde jeugdboeken. Die verzamelaars kwamen uit Rhenen of uit Hoorn en reisden zo het hele land door. Het was bijna een soort dagtaak van sommige verzamelaars, om al die antiquariaten te bereizen en af te struinen. Er waren er ook bij die dat heel fanatiek deden, in de hoop hun verzameling compleet te krijgen. Die kochten dan ook nog wat andere boeken, als ze daar tegenaan liepen. Dat was toch wel een vrij grote groep verzamelaars: jeugdboeken, topografie, poëzie, kunstboeken, noem maar op. Maar dat gebeurt haast niet meer. Mensen kopen veel gerichter in. Voorheen moest je echt met zijn tweeën in die winkel staan, zo druk was het. Soms vormden zich ook wel eens rijtjes voor de kassa, dat er dertig mensen binnen waren. Nu kan het gebeuren dat er op zaterdag, wat vroeger het drukste moment van de week was, dat er een uur niemand is, echt niemand. De mensen die wel komen, die kopen niet meer zo snel een stapel boeken, maar één boek. De winkelomzet is dus gigantisch teruggelopen, zeker de laatste tien jaar. Dat komt zeker door het internet.

Het nadeel aan internet is dat het zoveel tijd kost. Ik ben soms wel al om negen uur in de winkel bezig met de bestellingen, en daar pas om vier uur mee klaar. E-mailtjes beantwoorden, rekeningen maken, en dan doe ik het nog zeer efficiënt vind ik, het is echt heel goed georganiseerd. Dus geen rommelige aanpak. Maar mij kost toch iedere bestelling al gauw totaal een kwartier, en als je dan ziet dat het soms maar om laaggeprijsde boeken gaat, zeven euro of twaalf of vijftien, dan vind ik dat de opbrengst te laag is, gemeten naar hoeveel tijd het me kost. Klanten snappen dat vaak niet, dat je toch voor twaalf euro een hoop handelingen moet doen. En je moet het boek ook nog inkopen ergens. Ik ben dus niet zo enthousiast. Je weet ook niet te bedenken wat mensen allemaal vragen. Ik antwoord bijvoorbeeld op maandag dat het boek op dinsdag wordt gepost en dan krijg je vervolgens een e-mailtje waarin wordt gevraagd, om welke dinsdag het dan gaat.

Dan moet je dat weer beantwoorden, kost maar twintig seconden misschien, maar het is toch weer een handeling. Of mensen die uit zichzelf geld overmaken, maar dan de verzendkosten er niet bij doen. Wachten ze niet op de rekening. Of die hun eigen adres niet goed opgeven, waardoor de bestelling terugkomt.

Wat mij dan vaak verbaast, is dat als ik een loodgieter in mijn huis krijg, of ik met mijn auto naar de garage ga, dan hoor je van die uurlonen van vijftig euro, nou, ik verdien dat niet hoor. Ik vind het allemaal niet zo spectaculair.

Zit je er niet over te denken om dan ook weer wat journalistiek werk te doen?

Nee, zeker niet. Dat heb ik ook maar vrij kort gedaan. Dat was ook stress, altijd die deadlines. Ik kon wel schrijven, maar het kostte me veel moeite. Schreef niet zo snel. Nee hoor, ik vind die boeken best aardig om te doen, maar het zijn vaak de randzaken die zoveel tijd kosten. Ik ben vierenvijftig, dus ik moet nog wel even tot mijn pensioen.

Het gaat goed genoeg om door te gaan hoor. Maar ik zou er wel een hard hoofd in hebben om alles nu opnieuw te moeten doen. Want dan moet je een voorraad opbouwen. Meestal begin je dan met gewone boeken en bouw je op naar beter, maar ja: gewone boeken, daar zijn de mensen niet meer op uit.

Om een voorraad op te bouwen door op veilingen te kopen, dat is denk ik ook moeizaam. Kostbaar en arbeidsintensief: je moet naar een kijkdag gaan, ophalen, en vaak heb je iets tegen een topprijs gekocht, omdat je tegen collega’s of zelfs tegen klanten opbiedt. Dus dan moet je al een redelijk goede prijs gaan vragen, terwijl er op internet al veel mensen het goedkoper aanbieden.

In de winkel zul je het ook niet zo snel verkopen. Gelukkig heb ik nog een heel grote voorraad aan boeken, dus ik zou in principe nog goed door kunnen, omdat ik niet hoef te investeren in inventaris.

Twee jaar geleden had ik nog wel fulltime iemand in dienst, maar tegenwoordig is het gewoon zo dat zo iemand zich niet meer terugverdient in het boekenvak. Zo ligt bij mij de situatie, in elk geval.

Je zou zeggen dat aangezien het winkelbezoek is teruggelopen, het misschien nog zou lonen om je winkelpand te verruilen voor een goedkoper magazijn?

Ik zou aanzienlijk kunnen besparen op huurkosten, die hoog zijn, maar ja: door die winkel is toch wel wat aanloop, en ook van mensen die boeken komen aanbieden. Je zou echter wel kunnen stellen dat ik een luxe, prettige werkruimte heb die tevens opslag is, maar wel een beetje een dure. Driehonderd vierkante meter winkel en dan nog extra opslag, dus ruim vierhonderd vierkante meter. Nou als je dat op een industrieterrein moet huren, ben je ook al een hoop geld kwijt. Maar goed, als ik ooit echt moet gaan bezuinigen, dan is het nog een optie.

Denk je erover te stoppen?

Plannen om op te houden heb ik niet. Internet gaat vrij aardig, alleen ook daar spelen zaken die een bedreiging kunnen vormen. Dat is bijvoorbeeld dat nu ook die boekenzoekmachines hun percentages aan het verhogen zijn: Antiqbook hoort nog tot de boekhandelvriendelijke sites, maar ik doe bijvoorbeeld ook mee aan ABEBooks, en ZVAB, en die vragen redelijk hoge percentages, die met creditcardbetalingen erbij al gauw twintig procent van je omzet kunnen bedragen.

Ik snap dus ook werkelijk niet dat er serieuze boekhandelaren zijn die meedoen aan Bol.com, want die vragen helemaal schandalig veel, vind ik. Zeker in de goedkope sector en boeken van de laatste jaren, dus dat zijn veelal boeken onder de twintig euro. Nou, dan betaal je dus vijfentwintig, dertig procent aan Bol.com. En om nou extra geld op je prijs te zetten, dan krijg je weer allemaal verschillende prijzen, dat is toch ook vreemd.

Soms ben ik wat goedkoper met boeken in de winkel dan op internet, maar dat komt ook deels omdat ik eigenlijk niet meer beneden de tien euro een boek wil versturen via internet, dat is echt wel de minimale prijs gezien al het werk.

Vorige week bijvoorbeeld heb ik een week lang geen boeken kunnen verwerken omdat ik alleen maar bezig was met het afhandelen van de bestellingen. Het internet geeft ook veel meer boekhouding: alles moet worden ingeboekt. Vroeger had ik een ordner per jaar met rekeningen, nu zit ik op twaalf ordners die helemaal uitpuilen met rekeningen.

Maar goed: Ik kraak hier wel even een paar kritische noten, het werk met boeken geeft me ook nog veel genoegen. Dat voert dan ook zeker de boventoon.