'Wat er al wel vroeg inzat, was winkeltje spelen.'
Marieke Lont, Antiquaar van het Jaar

Door Caspar Wechgelaer

Er is een nieuwe Antiquaar van het Jaar. Marieke Lont is haar naam, en ze is de titel meer dan waard. Zoals u weet, zoeken we niet naar de antiquaar met de meeste boeken of het hoogste woord, maar naar iemand die zich inspant om de wereld van het antiquarische boek een beetje levend te houden. Onze keus voor 2010 is gevallen op Marieke Lont (1972) omdat ze tegen de tijdgeest in nog steeds een winkel heeft, wekelijks op diverse markten en beurzen staat, zelf ook regelmatig het een en ander organiseert en zich recentelijk bovendien heeft laten overhalen om toe te treden tot het bestuur van de BOB, de Bond van Handelaren in Oude Boeken. Bovendien is Marieke Lont een geweldig aardige meid, en dat helpt ook! Straks meer, veel meer over deze bezige bij in boekenland.

Japans

Marieke Lont dus. Een van de zaken die bij de titel horen, is een interview in Boekenpost, dat afgenomen wordt in een restaurant naar keuze. Japans moest het worden, zo besliste ze, en wel restaurant Otaru in de hoofdstedelijke Frans Halsstraat. Dat was haar aangeraden door Ilja, de rechterhand van Johannes van Dam, en dan moet het goed zijn. Dinsdag 19 januari arriveerde ik daar keurig op tijd, maar zoals het een echte dame betaamt liet la Lont mij een tijdje wachten. Gelukkig niet te lang. Na een minuut of tien zag ik haar aankomen. Van verre al, want niemand stapt zo kwiek en kordaat als Marieke Lont. Na een lastige keuze uit de menukaart (teriyaki, teppanyaki of toch maar tempura?) viel de keuze op een zesgangen menu waarin alles aan bod zou komen. Net zoals in het interview. Marieke Lont

Zat het er al vroeg in dat je antiquaar zou worden?

‘Nee, niet echt’, zegt Marieke Lont. Ik heb Russisch gestudeerd, in Groningen, maar tijdens die studie kwam ik er al snel achter dat er slechts een klein kansje was dat ik er iets mee kon wat ik leuk zou vinden. Iets met Russische folklore had mij nog wel wat geleken, maar dat zat er niet in, en de zoveelste vertaalster of tolk worden leek mij echt drie keer niets. Ik heb het trouwens wel afgemaakt.‘ Op mijn vraag waarom ze indertijd dan toch voor deze studie gekozen heeft. Antwoordt drs. Lont eerlijk: ‘Ach, je bent achttien, weet niets van de wereld en kiest dan maar wat. Ik er trouwens wel aan overgehouden dat ik goed tegen drank kan, want tijdens mijn studie heb ik ook een tijdje in Rusland gewoond, en drinken heb ik daar toen wel geleerd. Niets ging zonder wodka daar.’ Wat er al wel vroeg inzat, was winkeltje spelen. ‘Mijn oma had een soort winkel van sinkel, en als kind was ik daar niet weg te slaan. Kinderboeken verkocht ze ook, en die las ik allemaal. Heel voorzichtig, dat wel, want ze moesten ook nog verkocht worden, dus netjes blijven. Misschien dat daar onbewust toch de kiem is gelegd voor wat ik nu allemaal doe.’

De Slegte

De eerste stappen op het antiquarenpad zette Marieke Lont bij De Slegte in Groningen. Tijdens haar studie zocht ze een baantje en solliciteerde bij de noordelijkste vestiging van Nederlands grootse antiquariaat. Dat leek haar leuker dan schappen vullen bij Albert Heijn of de horeca in. Dat beviel zo goed dat ze na afloop van haar studie de Groningse vestiging verruilde voor de Amsterdamse waar ze onder Eric Schneyderberg kwam te werken. Wie dat overleefde, kon zich indertijd ontgroend, gepokt en gemazeld noemen. Zo ook Marieke Lont die de smaak van het boekenvak nu zo stevig te pakken had dat ze van De Slegte overstapte naar de absolute top in de wereld van het oude boek: antiquariaat Forum in ’t Goy. Daar deed ze van alles en nog wat: beursvoorbereidingen, boeken verzendklaar maken, administratie en boeken beschrijven voor de catalogi. Met name dat laatste lag haar goed. Marieke: ‘Ik heb er drie jaar gewerkt en veel geleerd. Het echt oude boek was vroeger een onbereikbare en eigenlijk onbekende wereld voor me, en daar zat ik plotseling middenin. In die tijd heb ik ook wel eens gedacht dat hier mijn toekomst zou liggen, in die wereld van het oude boek dus. En dan met een eigen antiquariaat natuurlijk. Maar al snel bleek dat ik daar nooit het geld voor bij elkaar zou krijgen. Gewoon financieel niet haalbaar.’

Herenstraat 39

Na een paar jaar Forum tipte Geert Postma Lont dat de kinderboekenwinkel van Bert en Reiny Hagen te koop was. Reiny kon door ziekte de winkel niet meer open houden en Bert had er geen schik in om de hele dag binnen te zitten. De deur was vaker dicht dan open. Met financiële hulp van onder anderen haar ouders nam ze de zaak in 2002 over, en die heeft ze nu nog steeds. In het begin werkte ze nog wel parttime bij Asher Rare Books, ook al zo’n grote naam, en later nog een blauwe maandag bij Van Gendt, toen al onderdeel van De Eland. Sinds een jaar of vier fietst ze echter helemaal alleen, zonder steunwielen dus. Zo nu en dan helpt ze nog wel eens een collega bij het beschrijven van lastige boeken, maar daar blijft het bij. In haar winkel aan de Herenstraat 39 in Amsterdam ligt de nadruk natuurlijk op kinderboeken, maar Marieke stelt nadrukkelijk dat ook op allerlei ander terrein genoeg voorradig is. ‘Kinderboeken blijven de belangrijkste poot, maar alleen daarvan kan ik niet leven. Voor langslopend publiek heb ik ook andere boeken in de etalage.’ Waar ze zich de laatste tijd ook wat meer op toe legt, zijn niet al te dure decoratieve prenten, voor met name op het Spui en de Noordermarkt, want daar staat ze elke week. Maandags op de Noordermarkt en vrijdags op de boekenmarkt op het Spui. ‘Een Nederlandstalig boek, dat neemt een toerist niet zo gauw mee, maar een leuke prent van Amsterdam of iets met bloemen, dat vinden ze wél weer aardig genoeg om te kopen. Met name op het Spui, want daar komen vaak grote groepen toeristen langs.’ Behalve deze twee vaste weekmarkten draait Marieke Lont vrijwel alle grote landelijke boekenmarkten. Voor dag en dauw komt ze aanrijden in haar gifgroene Peugeootje. Van Groningen tot Maastricht en van Bredevoort tot Amsterdam. Niet vermoeiend? ‘Ja zeker wel, maar ik vind het leuk. Ik ben niet een tiepje dat de hele dag wegkruipt achter de computer. Ik doe wel wat met internet, heb ook een eigen site , maar alleen daarvan leven vind ik toch wel erg eenzaam. Ik vind het leuk om met mensen om te gaan. Directe verkoop geeft meer voldoening. Je krijgt hetzelfde geld als via internet, maar bovendien een blij gezicht en soms een leuk gesprek. Ook komen klanten op een volgende markt altijd even bij je terug. Als je op internet iets verkoopt is dat nog maar afwachten. Als ze op een markt een keer iets leuks bij je hebben gekocht, komen ze de volgende keer geheid weer even bij je kijken. Verder is het gewoon noodzaak. Het is de mix die voor net voldoende geld zorgt om van te kunnen leven.’

Overal voor in

Samen met Max van Til, die ook niet stil kan zitten, organiseerde Marieke Lont ook zelf het een en ander. Zo waren zij samen verantwoordelijk voor de Boekenstuntdagen die tot voor kort jaarlijks in de RAI werden gehouden. Eerst onder de naam Boekendumpdag, maar daar stoorde een aantal zeurpieten zich zo aan (boeken dump je niet) dat ze de naam met tegenzin veranderden in Boekenstuntdag. Het waren echte opruimingsmarkten waar je voor een habbekrats de mooiste schatten kon wegslepen. Volstrekt onbegrijpelijk kwamen er helaas niet genoeg betalende bezoekers om er een kostendekkend gebeuren van te maken. Het idee leeft nog wel bij Marieke en Max maar dan op een andere, goedkopere locatie. Ook zit Marieke samen met de collega’s Peter Bierens en Henk Molenaar, de laatste volgens velen de koning van het Spui, in de organisatie van de Boekennacht op het Spui. Dit jaar staat dat op 23 april te gebeuren. Alle antiquaren doen er aan mee, zo ook de belendende boekhandels. Zoals het er nu voor staat, komen Gerrit Komrij en Ramsey Nasr de nacht aansnijden. Exotische hapjes en versterkende likeuren zijn dan uiteraard ook weer volop verkrijgbaar. Komt allen dus! En alsof dat alles niet genoeg is, stapte Marieke Lont kort geleden ook nog in het bestuur van de BOB, de Bond van handelaren in Oude Boeken. Daar wacht haar een stevige klus, want het instituut Pieterskerk is niet heilig meer. Er gaan grote dingen gebeuren, maar daarover straks meer. Marieke Lont
Marieke Lont en Harry Lanting op de beurs in de Bergkerk.

Zijn al die activiteiten niet een beetje teveel van het goede? Teveel hooi op de vork dus?

Lont: ’Soms wel, maar ik kan slecht “nee” zeggen, en bovendien vind ik het leuk om te doen. Ik hou van samen en van gezelligheid, zo zit ik nou eenmaal in elkaar.’ In ieder geval, wie zoveel verschillende activiteiten ontwikkelt om het boekenwereldje in beweging te houden, die verdient het om de tweede Antiquaar van het Jaar te worden. Bij de titel hoort behalve een etentje ook het aanbod om een boek uit de eigen collectie op kosten van Boekenpost te laten restaureren in het atelier van Henk Linde te Nootdorp. Lonts keuze valt op een zogenaamde Martelaarsspiegel, in dit geval van Tieleman Jansz van Braght: Het bloedigh tooneel der doops-gesinde en weerloose Christenen in 1660 uitgegeven te Dordrecht door Jacob Braat. Hierin staan de volgelingen van wederdoper Menno Simons die om hun uittreding uit de moederkerk werden vervolgd, verjaagd, verbrand of opgeknoopt. En waarom juist dit boek? Marieke Lont: ‘Ik ben doopsgezind, en heb een kleine collectie op dit gebied. Dit boek kan wel een restauratie gebruiken.’ Is nu alles gezegd? Marieke: ‘Ik geloof het wel, behalve misschien de rol van mijn ouders hierin. Zij hebben mij altijd in alles onvoorwaardelijk gesteund. Toen ik na mijn studie Russisch besloot toch wat anders te gaan doen, morden ze niet. Toen ik de winkel van Reiny overnam hebben ze me geholpen met geld, en als ik nu een keer hulp nodig heb op een markt of beurs staat mijn vader zonder klagen in het holst van de nacht op om mij te helpen. Daar bof ik maar mee!’

En hoe was het eten bij Otaru

Geweldig! Alleen die verrekte stokjes, daar kan ik nog steeds niet bij. Op technologisch gebied behoort Japan tot de absolute wereldtop, maar dat eten met mes en vork handiger is dan met twee stokjes, daar zijn ze nog steeds niet achter in het Land van de Rijzende Zon. Echt ongelofelijk! En wat dacht u van het milieueffect? Aan de malligheid gaat jaarlijks minstens duizend hectare bos ten onder.