Charles Dickens
Charles Dickens is na Shakespeare misschien wel de meest gelezen auteur van Engeland. Zijn verhalen vol excentrieke personages en originele intriges blijven onverminderd populair, mede dankzij de talrijke verfilmingen van zijn werk, bijvoorbeeld van de kerstvertelling A Christmas Carol. Opvallend bij Dickens is zijn vlotte stijl, sociale bewogenheid en humor.
Jeugd
Charles Dickens (1812-1870) kende een harde jeugd. Zijn vader moest een tijd in de gevangenis doorbrengen in verband met schulden; in die tijd woonde het hele gezin bij de vader in, behalve Charles, die de kost moest verdienen. Hij werkte als etikettenplakker in een kleine schoensmeerfabriek en kon alleen op zondag zijn familie opzoeken. Later kon de vader dankzij een erfenis zijn schuldeisers betalen en braken betere tijden aan voor het gezin. De harde, moeilijke jeugdjaren zouden Dickens echter lang tot inspiratie dienen in zijn werk.
De Pickwickclub
Hij leerde zichzelf stenografie en kreeg een baan als journalist bij The Morning Chronicle. Dat was in 1835. Omstreeks deze tijd raakte Dickens steeds meer overtuigd van zijn roeping als schrijver en journalist. In 1837 verscheen zijn debuut, De Pickwickclub. Hij werd hiermee in een klap beroemd. Het is eigenlijk geen roman, maar een verzameling verhalen over de Pickwick-club. Onvergetelijk zijn de verschillende, excentrieke hoofdpersonen, zoals naast mijnheer Pickwick zelf zijn assistente, de nymfomane Sam Weller. Het doel van het boek is duidelijk de lezer te laten lachen, en daarin is Dickens goed geslaagd. De sociale kritiek, die later een sterker geluid laat horen in zijn werk, speelt hier nog maar beperkt aanwezig.
Liefdesleven
Dickens trouwde intussen met een wat onnozele, maar lieve vrouw, die hem in een 22 jaar durend huwelijk tien kinderen schonk. Echt gelukkig was het huwelijk niet, vooral door het grote verschil in interesses en intellect. Met de zus van zijn vrouw, Mary, kon Dickens het beter vinden. Zij kwam al snel bij hem inwonen, maar stierf al het volgende jaar. Dat maakte een diepe indruk op de schrijver. Zijn huwelijk eindigde in een echtscheiding, iets wat veel meer commotie opriep dan tegenwoordig: Dickens lichtte het verloop ervan uitvoerig toe in de pers. Hij verliet zijn vrouw voor een bevallige, jonge actrice, maar deze romance liep op niets uit.
David Copperfield
Na het succes van Pickwick wierp Dickens zich steeds meer op het schrijven, en snel na elkaar verschenen dan ook nieuwe romans: Oliver Twist, Nicholas Nickleby, De oude antiquiteitenwinkel en Barnaby Rudge. Deze verschenen in de periode 1837-1841. In enkele hiervan kaartte Dickens sociale misstanden aan, zoals in Oliver Twist, waarin hij de erbarmelijke levensomstandigheden in armenhuizen aan de kaak stelde. In 1849-1850 verscheen het boek, dat de schrijver zelf het meest dierbaar was, al vinden vele critici het niet zijn beste werk: David Copperfield. Hierin verwerkte Dickens veel autobiografische elementen, vooral ervaringen uit zijn moeilijke jeugd komen er duidelijk in terug. Ook in dit werk vallen de vele excentrieke personages weer op, haast karikaturen zijn het: een voorbeeld is de afzichtelijke bedrieger Uriah Heep.
Verdieping schrijfkunst
Na 1850 bereikte Dickens echt zijn hoogtepunt als schrijver. Zijn romans zijn beter geconstrueerd en
er is een duidelijkere eenheid van sfeer, tijd en plaats. Een hoogtepunt vna deze verdiepte schrijfkunst
vormt bijvoorbeeld
Bleak House (1853-1854), dat verhaalt over een mysterie rondom de familie Dedlocks.
Alles hangt samen: geen woord staat te veel.
In latere tijd schreef Dickens nog grote romans als Grote verwachtingen (1860-1861) en Our Mutual Friend (1864-1865). Zijn productiviteit nam naar het einde van zijn leven toe af. De laatste roman, The Mystery of Edwin Drood (1870), bleef onvoltooid.
Betekenis Dickens
Veel critici hebben erop gewezen, dat Dickens’ werk te weinig diepgang kent en alleen wil vermaken. Het is zeker waar, dat Dickens onderhoudend schreef en een entertainer was-ook in zijn vele voordrachten, die hij met veel gevoel voor acteren hield vanaf 1858. Daarnaast kent zijn werk wel degelijk diepgang, zeker ook getuige de sociale bewogenheid die eruit spreekt. Maar zijn grote kracht ligt in de levendigheid van zijn personages, zijn humor en vlotte schrijfstijl. Dit maakt hem nog steeds de moeite van het lezen waard.