George Orwell
Het geweten van Engeland
George Orwell (1903-1950) is een van de meest gelezen Engelse schrijvers van de
twintigste eeuw. Dit komt door zijn belangrijkste thema’s: een afkeer van het Stalinistische
communisme en totalitaire regimes. Zeker ten tijde van de Koude Oorlog was zijn werk hierom
zeer populair in het westen. Een korte inleiding tot zijn leven en werk.
Debuut
Na een korte loopbaan in overheidsdienst, die Orwell doorbrengt in Birma, richt hij zich al snel op de journalistiek. Zijn Birmese jaren beschrijft hij later in Burmese days (1934). Aanvankelijk wil het hem maar niet lukken als journalist: hij woont in Parijs, maar kan nauwelijks in zijn levensonderhoud voorzien. En eenmaal terug in Engeland wil het ook maar niet vlotten: hij leeft bijna als dakloze. Toch keerde het tij langzaam. In 1933 verschijnt zijn debuut: Aan de grond in London en Parijs, waarin hij de zwakkeren in de samenleving probeert te verdedigen –zelf had hij jaren in armoede geleefd, dus hij wist waar hij over schreef. Het is bijzonder om te zien hoe Orwell zijn eigen ellende van die jaren heeft weten om te zetten in een literair debuut. Een volgend boek, Road to Wigan Pier (1936), schrijft hij in betaalde dienst en zet de aanklacht tegen het armoedige leven van de zwakkeren in de samenleving voort. Hiermee toont Orwell zich een pionier van de participerende journalistiek.
Spanje
Kort na het afronden van zijn boek over de zwakkeren in de Engelse samenleving, vertrekt Orwell naar Spanje, waar op dat moment een bloedige burgeroorlog woedt. Hij besluit mee te vechten en sluit zich aan bij de marxisten. Tot zijn grote verrassing en ontzetting blijkt de communistische partij, gesteund door het stalinistische Rusland, de marxisten helemaal weg te drukken en zelfs actief te vervolgen. Hij leert op deze pijnlijke wijze de ware aard kennen van het Russische communisme, dat in wezen niets anders is dan een dictatoriale machtsvorm. Vanaf nu zou hij zich actief hiertegen verzetten. Over zijn tijd in Spanje schreef hij Saluut aan Spanje (1938).
De dierenboerderij
Na de Tweede Wereldoorlog publiceert Orwell zijn bekendste romans. Hij lijkt dan de juiste combinatie tussen literatuur en politieke visie te hebben gevonden. Allereerst De dierenboerderij (1945), dat niet direct aanslaat, maar langzaam bekender wordt. Het is een allegorisch verhaal over hoe de dieren de macht op een boerderij overnemen van de mensen. Aanvankelijk gebeurt dat onder het motto dat iedereen gelijk is en niemand onderdrukt mag worden, maar al snel ontstaat er een dictatoriaal bewind, waarin de varkens de macht hebben. Deze onderdrukken de andere dieren. Beroemd is hun bijstelling van het basisprincipe: Alle dieren zijn gelijk, maar sommige zijn meer gelijk dan andere. Met het boek wilde Orwell een aanklacht schrijven tegen het Stalinistische communisme, dat hij verafschuwde.
1984
Een jaar voor zijn dood verscheen nog een andere roman van Orwell: 1984. Het is een bittere, negatieve utopie van hoe de wereld er in 1984 uit zou kunnen zien. Er wordt een angstaanjagend beeld geschetst van een totalitaire samenleving waarin Big Brother iedereen in de gaten houdt. Het individu is zijn vrijheid compleet verloren in deze maatschappij. Met deze zwartgallige roman wilde Orwell nogmaals waarschuwen voor het gevaar van totalitaire regimes. Helaas blijkt dit ook anno nu nog actueel: alleen al het bewind in Birma bewijst dat.