Antoon Coolen - biografie en bibliografie

Verhalen uit de Peel

portret: Antoon Coolen Antoon Coolen (1897-1961) schreef streekromans. Zijn ouders kwamen uit de Brabantse Peel-regio, waarin veel van Coolens werk speelt. Voor de oorlog behoorde hij tot de jong-katholieke schrijvers rond de tijdschriften Roeping en De Gemeenschap. Coolen vernoemde drie zonen naar zijn literaire voorbeelden uit die tijd: Stijn (Streuvels), Guido (Gezelle) en Felix (Timmermans). Of mevrouw Coolen ook mocht meedenken, is niet bekend.

De Brabantse romans van Coolen schetsen een beeld van het sobere, harde leven van de plattelandsbevolking, vooral van de Peelwerkers. Voorbeelden zijn Kinderen van ons volk (1928), Het donkere licht (1929), Peelwerkers (1930) en De goede moordenaar (1931). In de Tweede Wereldoorlog weigerde hij de Rembrandtprijs, waarna hij onderdook. Niet onbegrijpelijk, want dit impliciete protest tegen de Kulturkammer zou niet zonder gevolgen zijn gebleven. Hij richtte zich in de oorlog meer op sprookjes, wat zich vertaalde in Sprookjes van alle landen (1941), met vervolgen in 1953 en 1959.

Meer verbeelding

Al vanaf Dorp aan de rivier (1934) sprak meer verbeelding dan realisme uit Coolens romans; dit komt nog verder tot uiting in De vrouw met de zes slapers (1953) en De grote voltige (1957). Deze ontwikkeling vond mede onder invloed van dokter-schilder Hendrik Wiegersma plaats, met wie Coolen zeer goed bevriend was. Dorp aan de rivier is overigens geïnspireerd op het leven van de vader van Wiegersma. Stad aan de Maas (1960) is Coolens laatste grote roman.
Kenmerkend voor de stijl van Coolen zijn de echte vertellerstrant met vele anekdotes, brede natuurbeschrijvingen en scherp getekende karakters.

Bizar ongeval

In 1961 overleed Coolen, na een geheimzinnig ongeval in de trein. Of beter gezegd, uit de trein: de schrijver viel uit een rijdende wagon en lag uren bewusteloos op het grind, waarna hij met grote moeite een boerderij kon bereiken. Hij kon zich niets herinneren van wat hem overkomen was. De schrijver is er redelijk afgekomen, schreef een correspondent. Dat viel tegen, want Coolen overleed nog geen maand later. Had hij zich op weg naar het toilet in de deur vergist? Was hij uit de trein geduwd? Er deden allerlei verhalen de ronde. Zo meende J.B. Charles, dat de DAF-directie er wellicht achter zat. Coolen was namelijk bezig het oorlogsverleden van de fabrikant uit de doeken te doen. Dergelijke theorieën zijn echter nooit bewezen; wat blijft is het mysterie.

Sites

Antoon Coolen bij Thuis in Brabant
Antoon Coolen bij Wikipedia

Bibliografie Antoon Coolen

1914 - Opinies
1921 - Lentebloesem (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1922 - Exodus (toneel)
1926 - Peerke, dat manneke (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1926 - De rauwe grond (roman)
1927 - Hun grond verwaait (roman)
1927 - Jantje den schoenlapper en zijn Weensch kiendje (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1928 - Kinderen van ons volk (roman)
1929 - Het donkere licht (roman)
1930 - Peelwerkers (roman)
1931 - De goede moordenaar (roman)
1932 - De schoone voleinding (roman)
1933 - Kinderen van ons volk. Spel van het land (toneelspel in vijf bedrijven naar de romans Kinderen van ons volk en De schoone voleinding, in samenwerking met Kees Spierings en Cor Hermus)
1933 - De man met het Jan Klaassenspel (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1934 - Zegen der goedheid. Legendenboek
1934 - De vier jaargetijden (toneelspel in vijf bedrijven)
1934 - Dorp aan de rivier (roman)
1934 - Stijntje (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1934 - Jan Vriends Met kijker, camera en loupe (inl. Coolen)
1935 - Zoo zie je me, zoo zie je niet (in De Gemeenschap)
1935 - Peerke, den haas, herschreven versie van Peerke, dat manneke (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1935 - Kerstvertellingen. Een vijftal sagen (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1935 - De vreemdeling (toneelspel in vier bedrijven)
1935 - Franz Herwig Sextet in 't Hemelrijk (bewerkt en ingeleid door Coolen)
1936 - Het gouden gymnasium. Herinneringen van oud-leerlingen aan het gymnasium Sint Norbertus te Heeswijk (samengesteld en ingeleid door Antoon Coolen)
1936 - De drie gebroeders (roman)
1936 - De weg terug, een kerstverhaal (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1937 - Kerstmis in de Kempen (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1937 - Concordius Ron de Peel (voorwoord Coolen)
1938 - Zwerftochten door ons land (met P.H. de Ritter)
1938 - De Oost-Brabanders (in De Nederlandse Volkskarakters)
1938 - Herberg in 't Misverstand (roman)
1938 - Een bundel novellen (voorwoord Coolen)
1938 - Henrik Conscience, de verteller van zijn volk (in De Gemeenschap)
1939 - Vertellen (Hans Christiaan Andersen in De Gemeenschap)
1939 - Onder het Diksmuider Kruis (in De Gemeenschap)
1939 - Franz Herwig (in De Gemeenschap)
1939 - Streuvels en Dickens (in De Gemeenschap)
1939 - Uit het kleine rijk (roman)
1940 - De klokkengieter (toneelspel in drie bedrijven)
1940 - Olav Güllvag 't Begon in een midzomernacht (inleiding Coolen)
1941 - Sprookjes uit alle landen (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1941 - H.C. Andersen Sprookjes, vertellingen en reisverhalen (inl. Coolen)
1941 - Louis de Bourbon Twaalfmaal Azië 1942 1942 - Van de koe, die aan St. Antonius verkocht werd en De boer en zijn kerkplavei (novellen, legenden, sprookjes etc.)

1943 - J.C. Mardrus Alle verhalen van 1001 nacht (vert. o.a. Coolen)
1944 - Kerstmis in de Pannenschop (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1945 - Vrij volk (toneel, waarvan Coolen het derde bedrijf schreef)
1945 - Bevrijd vaderland
1945 - Nieuwe arbeidsverhoudingen (redactie Coolen)
1946 - Peerke, den haas, Jantje de schoenlapper en zijn Weens kindje, Huwelijk, De man met het Jan Klaassenspel (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1947 - De ontmoeting (novellen, legenden, sprookjes etc. boekenweekgeschenk)
1947 - Joannes Reddingius Uit de diepte (inl. Coolen)
1948 - Het land der Sniedersen (voltooid door Coolen)
1948 - Moeder Marjanne's kerstfeest (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1948 - Sprookjes voor grote mensen (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1948 - Van en over en rond de honderdjarige
1948 - Tsjechische suite (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1948 - Liefde, dood en minne (samen met G. Bomans)
1948 - Met de heiligen het jaar rond (red. o.a. Coolen)
1948 - De tien (red. o.a. Coolen)
1949 - Onder de Canadassen (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1950 - Land en Volk van Brabant, bijdragen van Brabantse schrijvers, dichters en geleerden (verzameld en ingeleid door Antoon Coolen)
1950 - Spel van Sint Geerten Minne (toneelspel in drie bedrijven)
1951 - Groei van een stad
1951 - Waalre's oud Willibrorduskerkje. (herdenkingskapel van Brabant's gesneuvelden)
1951 - Groei van de stad, Groot Eindhoven onder zijn eersten burgemeester
1951 - Gouden legenden. verhalen van God en heiligen, vromen en zondaars (inl. en samenstelling Coolen)
1952 - Het meisje in den toren (sprookjesspel in drie bedrijven)
1952 - Triptiek van Kerstmis (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1952 - De zeven rozen (sprookjesspel in drie bedrijven)
1952 - Miep van der Velde Kaarsjes voor Kerstmis (voorwoord Coolen)
1952 - Het nieuwe Brabant (commissaris Coolen)
1953 - De glimlach van het Gooi (rede)
1953 - Nieuwe sprookjes uit alle landen (novellen, legenden, sprookjes etc.)
1953 - In Holland staat een huis, spel van het gezin
1953 - De vrouw met de zes slapers (roman)
1953 - Mensen strijden elke dag (inl. Coolen)
1954 - Sint Cunera van Rhenen (toneelspel)
1954 - Genoveva van Brabant (toneelspel in vier bedrijven)
1955 - Van de breischei tot 75 gauge, het verhaal van een kousenfabriek, 1830-1955
1955 - Omnibus. Dorp aan de rivier, De drie gebroeders, Herberg In 't Misverstand (romans)
1956 - Sawitri (openluchtspel)
1957 - De grote voltige (roman)
1957 - Wegen door het land
1957 - De gouden webben, twee kerstverhalen
1958 - Mars en Venus (comedie in drie bedrijven)
1958 - Sawitri, Oosters spel van de liefde en de dood (toneelspel in drie bedrijven)
1960 - Stad aan de Maas