Dramatisch noodlot kenmerkt zijn werk en leven
'Nog niet.....', eindigde hij vaak zijn romans
Beginperiode: Herman de Man (1898-1946) was journalist en schrijver. Het grootste deel van zijn jeugd bracht hij door in het streng calvinistische Benschop, waar hij als jood tot een minderheid behoorde. Deze tijd is bepalend geweest voor de onderwerpen die De Man in veel van zijn verhalen aansnijdt.
Zij spelen vaak in de streek waarin hij opgroeide, met plaatsen als Oudewater en Schoonhoven. Hij schetste zichzelf in de vroege werken als een gevoelige joodse jongen die geconfronteerd wordt met het ongelukkige huwelijk van zijn ouders. De streng calvinistische boerenbevolking vormt daarbij een grimmig decor.
Het wassende water
Tijdens de Eerste Wereldoorlog groeide De Man's sympathie voor het socialisme en pacifisme. In 1918 weigerde hij dienst, wat hem op twee jaar gevangenschap kwam te staan. In 1922 debuteerde Herman de Man met Aardebanden, in 1924 gevolgd door Rijshout en Rozen. Een jaar later verschijnt Het wassende water, zijn bekendste werk. Hij ontving hiervoor de C.W. van der Hoogtprijs. Het verhaal gaat over een man die zich aan zijn dominante moeder weet te ontworstelen, om zich van boer op te werken tot dijkgraaf. Tijdens een watersnood treedt hij heldhaftig op, maar zijn oude dag wordt geplaagd door religieuze problemen.
Meest productieve jaren
In 1924 trouwde De Man, maar het werd geen gelukkig huwelijk. Wel vruchtbaar, met negen kinderen, waarvan er twee binnen een jaar overleden. Het gezin de Man vestigde zich in Utrecht en bekeerde zich in 1927 tot het rooms-katholicisme. Toen in 1933 Hitler aan de macht kwam, schreef De Man Over de Joden en hunne vervolgers, waarin hij zijn ongerustheid uitsprak. Ondertussen ging het schrijven van grote romans onverdroten door, van 1932-1940 verschenen er maar liefst elf, waaronder De barre winter van '90 (1936), Kapitein Aart Luteyn (1937), Zonen van den Paardekop (1939) en Geiten (1940). In 1938 ontving hij de Tollensprijs voor zijn gehele oeuvre.
Noodlot
Een jaar voor de oorlog verliet De Man zijn gezin en gaat in Frankrijk wonen. Zijn vrouw, vijf kinderen, zijn vader en broer worden allen vermoord onder het nazi-regime. De Man, die tijdens de oorlog voor Radio Oranje werkte, hoorde dit pas na terugkomst in Nederland, in 1945. Hij voelde zich gebroken en kon geen romans meer schrijven. Met zijn twee overgebleven kinderen probeerde hij weer een bestaan op te bouwen, maar stierf al in 1946 door een vliegtuigongeluk op Schiphol
Stijl
De Man wordt wel eens de grootste streekromancier genoemd. Hij weet de bedrukkende, verbeten sfeer van het calvinistische boerenleven dat zich aan de oevers van de IJssel afspeelt zeer realistisch weer te geven. Virtuoos taalgebruik en een nadruk op tragiek zijn kenmerkend voor zijn werk. De Man is ook een echte verteller, wat onder meer blijkt uit het sterk anekdotische karakter van veel van zijn romans. Hij was ook een perfectionist: zijn werk eindigt vaak met 'Nog niet', waarmee hij maar wilde zeggen: ook dit is nog niet het volmaakte werk, dat moet nog komen.
Links
Herman de Man bij het Joods Historisch Museum
Nog een biografie bij Dodenakker
Bibliografie Herman de Man
1922 Aardebanden . Amsterdam, Van Kampen
1923
Weideweelde. Een vertelling uit het leven van Sander Goegebuur. Amsterdam, Van Kampen
1924
De eenzame. Een vertelling uit het leven van Hubert Montijn. 's-Gravenhage, Prometheus
1924
Rijshout en rozen. Rotterdam, Nijgh & Van Ditmar
1925
Het wassende water. Rotterdam, Nijgh & Van Ditmar
1925
Tentoonstelling Het schoone boek van 2 juni - 30 juni 1925 (samengesteld door). Utrecht, Kemink & Zoon
1926
Hollanders komt naar het water. Slikkerveer, Reederij op de Lek
1926
Van winter tot winter. Edam, De klyne librye
1927
Jan Allemachtig en enkele andere verhalen. Utrecht, Bruna
1929
Meester Lampelaar. Rotterdam, Nijgh en Van Ditmar
1932
De kleine wereld. Bedelaarsroman. Amsterdam, Nederlandsche Keurboekerij
1932
Maria en haar timmerman. 's-Hertogenbosch, Teulings
1933
Een stoombootje in den mist. Amsterdam, Nederlandsche Keurboekerij
1933
Over de Joden en hunne vervolgers. Baarn, Hollandia
1936
De barre winter van negentig. Baarn, Bosch en Keuning
1936
Scheepswerf De Kroonprinces. Amsterdam, Nederlandsche Keurboekerij
1937
De koets. Rotterdam, Nijgh en Van Ditmar
1937
Het bezoek. Kerstverhaal. Amsterdam, Nelissen
1937
Kapitein Aart Luteyn. Beurtvaart. Baarn, Bosch & Keuning
1937
Marie, of hoor ook de wederpartij. Rotterdam, Nijgh en Van Ditmar
1938
Aart Luteyn de andere. Rijnvaart. Baarn, Bosch & Keuning
1939
Zonen van den Paardekop. Rotterdam, Nijgh & Van Ditmar
1939
Geboeide oerkracht. Utrecht, Coq.
1940
Geiten. Amsterdam, Nederlandse Keurboekerij (serie: Menschen en hun beesten)
1940
Heilig Pietje de Booy. Amsterdam, Querido
1941
De heersers van het gewest. Naarden, De Driehoek
1942
Een stoombootje in den mist. Amsterdam, Nederlandsche keurboekerij
1948
Keten van vuur. Kerstverhaal. Bilthoven, H. Nelissen
1948
Wonderlijke ontmoetingen. Nijkerk, Callenbach
1954
Herman de Man omnibus. De kleine wereld. Een stoombootje in de mist. Geiten. Amsterdam, Arbeiderspers
1981
Uit mijn kinderjaren, en andere verhalen. Oudewater, Vereniging "Herman de Man"
1984
Bramen plukken. Een verhaal. Utrecht-Bunnik, Sjaalmanpers (Oplage 100 genummerde exemplaren)
1986
De erotiek in onze letteren. Over pornografie en Vestdijk. Utrecht-Bunnik, Sjaalmanpers
1986
Een toegenegen vriend, al ben ik wellicht lastig. De briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Herman de Man, aangevuld met andere brieven en documenten (1928-1946) Bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan J. van Herpen. Utrecht, Hes
1990
Van winter tot winter (bewerkte herdruk). Lopik, Vereniging 'Herman de Man'
1996
U hebt mij den weg gewezen. Brieven van Herman de Man aan Stijn Streuvels. Bezorgd door Gé Vaartjes. Amsterdam, Anthos
1997
Twee ganzen van steen. Twee ganzen van stand (samen met Henk Povée. Bussum, THOTH
2001
"Ik nu was een droomer" Herman de Man over Oudewater en zijn leven (Redactie Jean Brüll en anderen). Oudewater, Vereniging 'Herman de Man'
Over Herman de Man
1978 H.A. Ett: Herman de Man (een poging tot reconstructie van zijn verhalend proza). Oudewater, De vier waarden.
1984 J. Groot, J. Groot, L'inspiration romanesque de Herman de Man. Proto-histoire du régionalisme matri-centrique. Parijs
1990 H.A. Ett: Wie was Herman de Man. Oudewater
1999 Gé Vaartjes: Herman de Man. Een biografie. Soesterberg, Aspekt
2002 Homme J. Wedman: De man achter de tralies. Herman de Man en het antimilitarisme van zijn tijd. Oudewater, Vereniging 'Herman de Man'
2004 Willem Huberts: Schrijvers op het foute been. Schrijvers in de Tweede Wereldoorlog. Oudewater, Vereniging 'Herman de Man'